Luik B
Ik wil meer informatie over hoe ik de actiestrategie kan bepalen.
Verbeteren of vernieuwen?
Interne kwaliteitszorg is steeds een balans vinden tussen behouden, verfijnen en verbeteren, en radicaal vernieuwen. Bij het bepalen van de actiestrategie maakt het schoolteam keuzes.

Optie 1: Je gebruikt de geïnterpreteerde data uit je datacyclus om binnen het kader van de kwaliteitsvragen acties uit te werken die gericht zijn op verbeteren, verfijnen en efficiëntie.
Optie 2: Je gebruikt de geïnterpreteerde data uit je datacyclus binnen het kader van de kwaliteitsvragen maar gaat dieper in op de vraag ’Doen we de goede dingen?’. Je acties worden hier gemotiveerd vanuit de identiteit van de school. De waarden en motieven van de school alsook de heersende assumpties binnen het schoolteam over kwaliteitsvol onderwijs worden in vraag gesteld. Je kiest bij deze optie het innovatieve pad en durft meer risico’s te nemen.
Wanneer doe je wat?
‘One size fits all’ is meestal geen goed idee. Met de veranderkwadranten van Berenschot kan je bepalen over welk soort verandering het gaat.
Een koude verandering ontstaat vanuit urgentie en meestal ook vanuit een ongunstige beginsituatie.
Bijvoorbeeld: je kreeg net een brief van de onderwijsinspectie dat ze jouw school binnen drie weken gaan doorlichten. Je beseft dat er nog een heleboel werkpunten zijn die tot nu toe nog niet werden aangepakt.
Een warme verandering daarentegen ontstaat vanuit de ambitie en motivatie van je teamleden om de schoolkwaliteit verder te ontwikkelen. Het is dus ‘willen’ in de plaats van ‘moeten’.
Daarnaast is het ook belangrijk dat je inzicht krijgt in de ‘temperatuur’ van je school.
Een koude school wordt gekenmerkt door zakelijkheid, resultaatsgerichtheid en vastgelegde doelen. De drijvende kracht is sturing door de schoolleider.
Een warme school daarentegen wordt gekenmerkt door ondersteunende relaties en samenwerking. De drijvende krachten zijn betrokkenheid, autonomie en zelfsturing van de teamleden.

Kies de best passende strategie gezien je context. Op termijn ga je zo evolueren naar transparante afspraken en criteria (= koud) in combinatie met vertrouwen, autonomie en initiatief (= warm).
Bruikbare websites voor actiestrategieën
https://leerling2020.nl/onderzoek-toolkit/
https://www.passionned.be/strategie/
https://wij-leren.nl/Didactiek_.php
https://wij-leren.nl/Pedagogiek_.php
https://www.leren.nl/cursus/management/besluiten-nemen/
https://www.kdg.be/onderzoek-en-expertise/formatieve-evaluatie-een-toolbox-vol-inspiratie
1 Voorbeelden van verbeternoden
Voor de klaspraktijk:
een nieuwe instructievorm, een lesmodule, een ontdekhoek, een wijziging in de lessenroosters, leertaken en leeropdrachten, een (digitale) tentoonstelling, inrichting van klasruimte en hoeken ...
Voor schoolbeleid:
een elektronische leeromgeving, een anti- pestbeleid, een wijziging in de lessenroosters, hulpmateriaal uitzoeken, vieringen of projecten, inrichting van ruimtes, leerlijnen, buitenschoolse activiteiten, een handleiding, voorlichtingsmateriaal, evaluatie-instrumenten, een registratiesysteem ...
Voorbeeld: een groep leraren heeft onderzoek gedaan naar de nood tot het inrichten van een computerlokaal. Ze hebben fase 1, 2 en 3 doorlopen door leerlingen te bevragen, vragenlijsten af te nemen bij de leerkrachten, individuele gesprekken, bestudeerde artikels, literatuur en een bezoek aan een andere school. Ze komen tot een set aan acties:
* 20 leerlingen moeten er kunnen zitten
* Voor iedere leerling moet een computer met internetverbinding en standaard software
beschikbaar zijn
* De ruimte moet kleurrijk zijn
* De ruimte moet mogelijkheid bieden voor instructies in een kleinere groep
* De uitgaven voor de inrichting mogen niet boven de 30000 euro uitkomen
Nu blijkt dat een computer voor elke leerling met het beschikbare budget niet haalbaar is. De leraren gaan opnieuw op zoek naar informatie door na te gaan of er gebruik kan gemaakt worden van een subsidieregeling.
Bron: boek Praktijkonderzoek in de school, Cyrilla Van Der Donk en Bas Van Lanen
2 Het ‘SMART’ formuleren van doelen
De letters van SMART staan voor:
- Specifiek - Is de doelstelling eenduidig?
- Meetbaar - Onder welke (meetbare/observeerbare) voorwaarden of vorm is het doel bereikt?
- Acceptabel - Zijn deze doelen acceptabel voor de doelgroep en/of het management?
- Realistisch - Is het doel haalbaar?
- Tijdsgebonden - Wanneer (in de tijd) moet het doel bereikt zijn?
Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/SMART-principe
Om het ook op de gedragenheid van acties is het zinvol de doelen SMARTI te formuleren. De letters van SMART worden dan aangevuld met de ‘I’ van:
- Inspirerend - Hoe neem je je team mee in het verhaal?
Voorbeeld van een SMART-doelstelling
- NIET SMART
De nieuwe methode voor technisch lezen moet leiden tot betere leesresultaten bij leerlingen.
- WEL SMART
Aan het einde van het schooljaar demonstreren de leerkrachten van het tweede en derde leerjaar, aan de hand van de nieuwe methode technisch lezen, minimum 3 technieken om de dagelijkse leeslessen die ze geven te beperken tot 25’ en zorgen dat 80% van de leerlingen het vooropgestelde AVI-niveau behalen.
3 Voorbeeld van een doelenschaal
+2 het doel is bereikt
+1 verandering in de richting van het doel
0 de beginsituatie
-1 achteruitgang tegenover de beginsituatie
+2 Het voltallige lerarenteam houdt op georganiseerde wijze leerlingencontacten in alle leerjaren. Deze zijn verankerd in de schoolkalender.
+1 Het aantal leerkrachten dat leerlingencontacten houdt breidt uit naar meerdere leerjaren. Er wordt gezocht naar een gezamenlijk moment en er wordt gewerkt aan een leidraad als hulp.
0 Enkele enthousiaste leerkrachten houden informele leerlingencontacten op hun eigen manier op eigen bepaalde tijdstippen.
-1 De enkelingen haken af.
Maak jouw eigen website met JouwWeb