Subdoel fase 2

Ik wil weten hoe ik kwantitatieve data kan analyseren.

Voor de analyse van kwantitatieve data kunnen statistische technieken worden toegepast.

  •  Stel een frequentietabel op

In een frequentietabel wordt per waarnemingsgetal weergegeven hoeveel keer deze voorkomt. Het aantal keer dat een waarnemingsgetal voorkomt noemen we de frequentie. De frequentie kan je uitdrukken in absolute getallen (=de absolutie frequentie) of in procenten (= relatieve frequentie). Deze weergave zorgt ervoor dat de gegevens gestructureerd worden en verdere analyses op basis van deze tabel kunnen gebeuren.

 

In dit filmpje wordt uitgelegd hoe je een frequentietabel met Excel kan opstellen.

 

  • Bepaal de centrummaten

Een centrummaat is één getal dat het ‘midden’ van een serie waarnemingsgetallen aangeeft. Het geeft een eerste indruk van de verdeling van de data.

 

Modus

Dit is het waarnemingsgetal dat het meest voorkomt in de dataset.

 

Rekenkundig gemiddelde

Tel alle getallen op en deel hun som door het aantal getallen. Het gemiddelde is gevoelig voor uitschieters dat houdt in dat het gemiddelde een vertekend beeld kan geven als er één of meerdere extreem hoge/lage waarden. Soms kan het gemiddelde een vertekend beeld geven: vb. Gemiddelden van kleine groepen zijn niet zinvol. Lees hier verder

 

Mediaan

Rangschik alle getallen van klein naar groot.

Bij een oneven aantal getallen is de mediaan het middelste getal.

Bij een even aantal getallen tel je de twee middelste getallen op en deel je hun som door twee.

 

In dit filmpje wordt uitgelegd hoe je deze centrummaten via Excel kan berekenen.

 

  • Bepaal de spreidingsmaten

De spreidingsmaten geven ons meer informatie over de spreiding van de data. Hoe ver liggen de data van elkaar verwijderd? En wat is de afwijking ten opzichte van het gemiddelde?

 

Variatie- of spreidingsbreedte

Bepaal het verschil tussen de grootste en de kleinste waarde in je dataset.

 

Kwartielen

Het tweede kwartiel is een synoniem voor de mediaan en verdeelt de gegevens in twee even grote groepen.

Verdeel je beide groepen nog eens in twee, dan is het middelste getal van groep 1 gelijk aan het eerste kwartiel en het middelste getal van groep 2 is dan het derde kwartiel.

 

Interkwartielafstand

De interkwartielafstand is het verschil tussen het derde en het eerste kwartiel. Het getal geeft informatie over onder andere de middelste 50%.

 

Standaardafwijking

De standaardafwijking drukt de spreiding van de data/resultaten uit ten opzichte van het gemiddelde. Meer info hier.

Maak jouw eigen website met JouwWeb